Bij het zoeken naar een vloerverwarmingssysteem op waterbasis kan het moeilijk zijn om te weten welke type het beste past bij jouw behoeften. Er zijn namelijk verschillende soorten watergedragen vloerverwarming. Alle soorten hebben hun eigen unieke voordelen en kunnen worden ontworpen om aan specifieke eisen te voldoen. In deze blog lees je meer over hoogtemperatuursystemen, laagtemperatuursystemen en blok-en stadsverwarming.
Hoogtemperatuur-systeem vloerverwarming
Is de aanvoertemperatuur van het water uit de warmtebron (bijvoorbeeld cv-ketel) tussen de 65 °C en 90°C, dan spreken we van een hoogtemperatuur-systeem vloerverwarming (HT-systeem). Dit is te warm om direct in de buizen van de vloerverwarming te laten stromen. In deze situaties is het daarom noodzakelijk om een mengverdeler te gebruiken, die is uitgerust met een circulatiepomp.
Mengverdelers zijn uitgerust met een thermostaatknop die de temperatuur regelt die de buizen instroomt. Het te warme aanvoerwater wordt hierbij gemengd met afgekoeld retourwater uit de buizen. Door de vermenging kan er drukverlies ontstaan. Daarom is dit type verdeler naast de thermostaatknop ook voorzien van een circulatiepomp (een gesloten verdeler). Deze zorgt ervoor dat er altijd een optimale doorstroming is in de verwarmingsbuizen.
Laagtemperatuur-systeem vloerverwarming
Is de aanvoertemperatuur van het water uit de warmtebron (bijvoorbeeld warmtepomp) tussen de 30°C en 65°C, dan spreken we van een laagtemperatuur-systeem vloerverwarming (LT-systeem). Hierbij wordt nog een onderscheid gemaakt tussen open LT-systemen (laagtemperartuur-systeem) en LTV-systeem (laagtemperatuur-verwarmingssysteem).
Open LT-systeem
Bij een open LT-systeem heeft het aangevoerde water direct de juiste temperatuur. Dit is maximaal 45°C. In deze situatie wordt er gebruik gemaakt van een open verdeler (zonder pomp). De pomp van de primaire warmtebron (cv-ketel/warmtepomp) zorgt voor de circulatie van het warme water door de buizen van de vloerverwarming en eventuele ander onderdelen van het cv-systeem.
Voor een optimale doorstroming door de verwarmingsbuizen moeten open verdelers aangesloten worden op een aanvoerleiding met een minimale diameter van 22mm als er gebruik wordt gemaakt van metalen leidingen. Wordt er gebruik gemaakt van flexibele kunststof leidingen, dan is de minimale diameter 25 mm. De inwendige diameter moet minimaal 20 mm zijn om eventueel drukverlies te voorkomen.
LTV-systeem
Bij een LTV-systeem is het aangevoerde water maximaal 65°C. Dat is net te warm om direct de buizen in te stromen, maar te koud om gebruik te maken van een standaard mengverdeler. Daarom wordt bij een LTV-systeem gebruik gemaakt van een inregelbare verdeler met circulatiepomp. Deze verdeler is geschikt voor warmtebronnen zoals cv-ketels met een aanvoertemperatuur vanaf 40°C, maar ook voor HR-ketels met een modulerende brander of systemen die gebruik maken van een buffervat.
Door het inregelventiel op de verdeler kan er afgekoeld retourwater toegevoegd worden aan het te warme aanvoerwater. Hiermee kan een drukverschil gecreëerd worden waardoor de circulatiepomp meer of minder aanvoerwater aanzuigt. Hiermee regel je de waterinstroom op de verdeler.
Blok- en stadsverwarming
Blok- en stadsverwarming zijn collectieve manieren van verwarmen. Bij blokverwarming worden meerdere woningen verwarmd met één collectieve ketel. Dit zie je met name terug in appartement gebouwen en kantoorcomplexen. Bij stadsverwarming worden woningen en gebouwen verwarmd via een ondergrondse warmwaterleidingen. De gebruikte warmte is vaak restwarmte die vrijkomt bij elektriciteitscentrales of afvalverbrandingsinstallaties. Een techniek die steeds vaker gebruikt wordt voor stadswarmte is geothermie. Hierbij wordt warm water diep uit de grond opgepompt.
De aanvoertemperatuur van blok- en stadsverwarming is te hoog om het aangevoerde water direct in de vloerverwarmingsbuizen te laten stromen. Daarom wordt gebruik gemaakt van een mengverdeler met circulatiepomp. Anders dan bij een HT-systeem moet een mengverdeler die gebruikt wordt bij blok- en stadsverwarming voorzien zijn van een terugslagklep en temperatuur-retourbegrenzer (RTL-kraan) om aan de eisen van stadsverwarming te voldoen.
Dit type mengverdelers zijn uitgerust met een thermostaatknop. Deze regelt de temperatuur van het water die die de buizen instroomt. Door het te warme aanvoerwater te mengen met afgekoeld retourwater uit de buizen zorgt de mengverdeler ervoor dat er nooit te warm water de buizen instroomt. Het drukverlies dat ontstaat door het vermengen wordt opgelost door de circulatiepomp. De circulatiepomp zorgt ervoor dat er een optimale doorstroming door de verwarmingsbuizen is.
